De oude platenzaak keert terug

Gisteren zag ik dat er naast de pizzeria in Tiel een nieuwe platenzaak is geopend. Geen platenzaak van een landelijke keten, maar een platenzaak gespecialiseerd in rockmuziek uit de jaren ‘60 en ’70. Een platenzaak waar het gaat om de liefde voor muziek, in plaats van een platenzaak waar het gaat om zoveel mogelijk muziek verkopen. En dat is een interessant verschil. De bekende platenzaken verdwijnen langzaam uit het straatbeeld, omdat de behoefte waarin ze voorzien op een andere manier wordt vervuld. Deze platenzaak echter, vult een geheel nieuwe behoefte in.

Voor velen van mijn leeftijd en jonger, bevat muziek uit de jaren ’60 en ’70 veel verborgen juweeltjes. In de hooiberg die de muziekhistorie is, is het moeilijk om deze juweeltjes te vinden. Daarvoor hebben we curatoren nodig, zoals Erwin Blom en Ernst-Jan Pfauth ze noemen. Deze nieuwe platenzaak is er zo één. De eigenaar heeft zorgvuldig de platen geselecteerd die een plek in zijn winkel verdienen. Met liefde luisteren klanten naar de verhalen van de eigenaar die horen bij de verschillende albums, om vervolgens het album te kopen en thuis te beluisteren. Een platenzaak oude stijl. Ik sta er niet van te kijken als deze platenzaak oude stijl een succes gaat worden.

Het Reisbureau

We vertellen elkaar wat elkaar wat de beste hotels voor de beste prijs zijn, hoe we er het snelst en goedkoopst kunnen komen en wat er in de omgeving allemaal te doen is.

Voordat we dat deden, zorgde het reisbureau er jarenlang voor dat onze vakantie aan al onze wensen voldeed. Ze zorgden voor een comfortabele reis, een goed hotel met een goed restaurant en natuurlijk op de mooiste plek ter wereld. Maar als we daarin allemaal zelf kunnen voorzien, wat voegt het reisbureau dan nog toe?

Ik zou het echt niet weten (en mij daarover best wel zorgen maken als ik daar zou werken)…

Het belangrijkste ingrediënt

In hoog tempo veranderen we alles. Wat jarenlang goed genoeg was, wordt weer ter discussie gesteld. Het moet allemaal mooier, sneller, makkelijker en goedkoper. En die ontwikkeling gaat steeds sneller en sneller. En terecht. Waarom zouden we wachten?

Op deze manier kunnen we nog meer tijd en geld besteden aan de écht leuke dingen in het leven. Maar in onze haast vergeten we vaak het belangrijkste ingrediënt toe te voegen: Plezier! We moeten vooral niet onderschatten hoe een beetje plezier de lasten kan verlichten. Daarom is het goed dat er mensen zijn die soms een stapje terug doen:

En is hij dan ook te bespelen? Ja hoor!

Met dank aan @raaphorst voor de verwijzing naar het eerste filmpje.

Brandgevaar

Afgelopen maand is restaurant Juffrouw Tok in Tiel heropend nadat het vorig jaar was afgebrand. Zo’n brandje, dat kan gebeuren. Niets aan te doen. Deze week werd het nieuwe restaurant weer afgebrand:

http://storify.com/rhrnl/brandgevaar.js?header=false

Ik weet niet welke manier van afbranden gevaarlijker is voor het voortbestaan van het restaurant. De tweede is in ieder geval te voorkomen en te repareren.

Inspelen op het grootste probleem dat internet heeft veroorzaakt

Het boeken van een hotelkamer is door internet supersimpel geworden. Een lang telefoontje naar de plaatselijke VVV of tientallen folders van het reisburo doorbladeren, het is niet meer nodig. Internet vereenvoudigde en verlaagde de prijs van hotelkamers. Logisch gevolg is dat meer hotelkamers worden verkocht, lijkt mij.

Toch is de gemiddelde bezettingsgraad van een hotel maar 70%. Dus dacht een hoteleigenaar in Rhenen: Hoe kan ik nog meer hotelkamers verkopen? Door er een spelletje van te maken, was het antwoord dat hij vond. En dat is precies wat Klaas Stekelenburg van hotelkamerveiling.nl heeft gedaan. Door zijn eigen en heel veel andere hotelkamers te veilen, verkoopt hij nu hotelkamers aan mensen die niet eens wisten dat ze een hotelkamer zochten.

Onmogelijk. Dat was mijn eerste gedachte toen Klaas dit woensdagavond presenteerde op de bijeenkomst die ik bijwoonde van 0344 Samen. Je koopt iets omdat je het nodig hebt of je koopt het niet. Iets kopen omdat het vandaag toevallig in de aanbieding is, ik doe het zelden. Laat staan dat ik er speciaal voor naar een website ga. Toch is er een markt voor. Dat bleek toen Klaas terplekke een aantal hotelkamers ging veilen en er meer dan voldoende vraag bleek te zijn in de zaal. Briljant. Inspelen op het meest grootste probleem sinds internet alles veel gemakkelijker heeft gemaakt: Verveling.

Frustratie in een online boekwinkel

Dit weekend heb ik 2 e-books gedownload, tegen betaling. Want voor goed werk wil ik best een paar euro uitgeven. Het eerste e-book heb ik aangeschaft via de site van de schrijver. Na betaling werd het automatisch gedownload als pdf. Openen en lezen maar. Heerlijk. Nou ja, om eerlijk te zijn: het boek was niet zo goed.

Het tweede e-book heb ik aangeschaft via bol.com. Omdat de site van de schrijver mij daarheen dirigeerde. Terwijl ik zat te wachten op het downloaden van de pdf kwam er een onbegrijpelijke lijst tekens op het scherm van mijn tablet. Nog maar eens de instructie lezen dan. Blijkt dat ik het boek alleen kan lezen via de bol.com app. Wat een bagger. Ik wil geen bol.com app. Ik wil lezen in een door mij gekozen app, niet een voorgeschreven iets. Toch die app downloaden dan maar. Moet ik ook nog een account aanmaken bij Adobe. Het waarom is mij totaal niet duidelijk. Vooruit, ik laat ook mijn persoonlijke gegevens achter bij Adobe. Eindelijk kan ik dan beginnen met lezen, ook al heb ik er bijna geen zin meer in. Bedankt bol.com. Hoe moeilijk wil je het maken? En waarom?

Bol.com is bang dat ik mijn andere e-bookjes ergens anders koop. En omdat Bol.com bang is dat ik de e-bookjes naar al mijn vriendjes ga sturen, zonder dat bol.com daar geld voor krijgt. Ze vertrouwen mij als klant gewoon niet, daar bij bol.com. En omdat de jongens en meisjes van bol.com hun klanten niet vertrouwen, hebben ze het hele systeem dichtgetimmerd. Alle e-bookjes in 1 bibliotheek zetten? Vergeet het maar. Dit e-book krijg ik niet uit de bol.com biblitheek. En waarom? Omdat bol.com dan denkt dat ik dan alle e-bookjes bij bol.com koop. Zodat ik ze wel allemaal bij elkaar in 1 bibliotheek heb. Nou mooi niet dus, Bol.com. Ik koop een e-book bij bol.com omdat ik dat bol.com gun, zeker niet omdat ik daar lichtelijk toe word gedwongen. Dat heeft eerder het omgekeerde effect.

Maar dat doorsturen dan? Dat mogen wij als bol.com toch wel voorkomen? Dat doorgeven vonden we met papieren boeken al een probleem, dus dat hebben we nu voorgoed opgelost. Fantastisch toch? Slim hoor, jongens en meisjes van Bol.com. Maar ik vind dat voor goed werk betaald mag worden. Maar niet overmatig veel. En €4,50, het bedrag dat jullie voor het e-book vragen, vind ik niet overmatig veel. Als iemand in mijn omgeving het boek wilt lezen, zal ik hem vragen het boek zelf te kopen. Omdat ik vind dat de schrijver de aanschafprijs heeft verdiend. Hij heeft het verdiend om eten te kopen zodat hij nog meer fantastische e-bookjes kan schrijven.

Weten jullie nog wat jullie gedaan hebben met de offline boekwinkel, jongens en meisjes van bol.com? Die hebben jullie vermoord. Vermoord omdat het makkelijker is om online een boek te kopen. Vermoord omdat jullie assortiment veel groter is. Daar waren de offline boekwinkeltjes niet tegen opgewassen. Omdat ze waren vergeten dat het leuk moet zijn om een boek te kopen. En dat is precies waar jullie van bol.com ook niet goed in zijn, boeken kopen leuk maken.

En dat is een probleem bol.com. Jullie denken dat jullie slimmer zijn dan de rest van de wereld. Slimmer dan de offline boekhandels. Slimmer dan jullie klanten. Zo werkt dat niet bol.com. Ik dacht dat jullie weten hoe het internet werkt. Jullie hebben immers alles aan het internet te danken. Zijn jullie soms vergeten hoe het internet werkt, jongens en meisjes van bol.com? De schrijver verdient dit niet, het juk waarmee bol.com de lezer opzadelt.

Dus, lieve schrijvertjes: als je een e-book schrijft en je wilt het niet gratis weggeven, breng het niet onder bij bol.com. Je lezers zullen je haten. Ga op zoek naar een service die betaling en downloaden klantvriendelijk afhandelt. Maak je niet druk om misgelopen inkomsten. Je krijgt wat je verdiend, zeker als je je prijs goed stelt. Vertrouw je lezers, ze zullen goed voor je zorgen. En nu je dit toch allemaal hebt gelezen, vertel het even door aan je collega schrijvers.

Zo, dat is eruit. En nu lezen dat boek.

Pizza!

Zin in pizza. Foldertje zoeken. Kiezen. Bellen. Quatro Stagioni. Nee, Stagioni, niet formaggi. Prima. Een halfuurtje. Ok tot straks.  

Pizza + internet. Het gaat om het maken van de plus. Bijvoorbeeld zoals in Dubai:

How it works:

Erg leuk gedaan. Persoonlijk zou ik een app nog beter vinden. Ik varieer graag met pizza’s. Maar denk ook aan huidige locatie meesturen. Passend wijntje erbij. Tiramisu. Meteen betalen. Geen gezeik. Alleen pizza. Heerlijk!  

Een nieuwe generatie

Op 11 februari publiceerde Piotr Czerski in een lokale Poolse krant het artikel ‘We, the web kids’. Een manifest over de denkbeelden van een ieder die is opgegroeid met het internet. Hij stelt dat er de afgelopen 15 jaar een generatiekloof is ontstaan door de beschikbaarheid van kabeltelevisie, mobiele telefoons en vooral het internet. Hij stelt dat de generatie die hiermee is opgegroeid op 3 gebieden verschilt met de voorgaande generaties:

1.     Waar voorgaande generaties concurreren op het bezit van kennis, weten de webkids dat deze kennis snel en vrij toegankelijk is en concurreren web kids op het gebruik van kennis in plaats van het bezit ervan.

2.     Webkids zijn alleen bereid om te betalen voor toegevoegde waarde. Webkids zijn niet bereid om veel te betalen voor zaken die zonder verlies van kwaliteit te delen zijn (muziek, boeken, films etc.).   

3.     Voor de webkids is de maatschappij een netwerk, geen hiërarchie. Iedereen staat op hetzelfde nivo. Het succes van de interactie hangt er alleen maar van af of de inhoud van onze boodschap als interessant en een antwoord waard wordt beoordeeld.  Alles is mogelijk en er is geen begrip voor systemen die dat tegenwerken.

Ik kan het denkbeeld van Piotr wel herkennen. Maar er is 1 kenmerk waar de web kids het meest verschilt van voorgaande generaties: De mogelijkheden om aan te passen aan verandering. Door de technologische vooruitgang en vooral de beschikbaarheid van internet volgen veranderingen elkaar heel snel op. Alleen de generatie die is opgegroeid met deze snelheid van elkaar opvolgende ontwikkelingen beschikt over de capaciteiten om zich op dezelfde snelheid aan te passen en deze veranderingen en deze veranderingen verder door te ontwikkelen.

Webkids weten snel toegang te krijgen tot de juiste kennis en beschikken over mogelijkheden om veel informatie tot zich te nemen. Ze zullen dit gebruiken om de wereld op een nog hoger tempo te veranderen. Het veranderen van industrieën zoals de muziek- en film industrie en de Arabische lente ofwel de Facebook revolutie is pas het begin. Er zijn veel meer industrieën en systemen die op het punt staan om drastisch te worden veranderd.

Vooruit, één voorbeeld dan. Terwijl de auto industrie bezig is om autorijden groen te maken hebben de webkids besloten om alleen nog maar te reizen voor hun plezier. Als het even kan, reizen ze niet.  Mensen ontmoeten gebeurt niet meer in real life, het kan immers ook online. Waarvoor heb je dan een auto nodig? Het is veel goedkoper om alleen een auto te bezitten op de momenten dat jij hem nodig hebt. Maar misschien zijn andere manieren van reizen nog veel goedkoper en efficiënter.

Probeer het je eens voor te stellen. In plaats steeds meer auto’s op de weg, juist veel minder. Er is asfalt te veel in plaats van te weinig. Lege kantoorgebouwen want iedereen werkt thuis, of op de derde werkplek om de hoek. Stel je eens voor wat de impact hiervan is op het huidige economische systeem. Projectontwikkelaars die grootschalige kantoorgebouwen ontwikkelen, wegenbouwers, autobouwers. Allemaal bedrijven waar heel snel veel minder behoefte naar is. Het is niet de vraag of de huidige systemen en industrieën er klaar voor zijn. Het is de vraag of ze ermee om weten gaan.    

Copy right

Altijd dacht ik dat innovatie voortkomt uit onderzoek door slimme jongens en meisjes die jarenlang in een R&D lab spenderen om een oplossing voor een probleem te vinden. Tot Apple de iPad lanceerde. Want welk probleem lostte de iPad eigenlijk op? Geen enkel. De iPad vult een behoefte in waarvoor tot die tijd de laptop en de smartphone goed genoeg werden bevonden.

Is de iPad innovatief? Nee, eigenlijk niet. Het is een samenvoeging van 2 bestaande producten, de laptop en de smartphone. Dat had iedereen kunnen bedenken. Het vreemde is dat niemand dat ooit eerder heeft gedaan…

Deze week was ik naar de European Sales & Marketing Conference van mijn werk. Guest speaker was Fredrik Härén, over creativiteit in business. Zijn definitie van een idee is: een samenvoeging van 2 al bestaande zaken die nog niet eerder zijn samengevoegd. En zo simpel is het gewoon. Laptop en smarphone = tablet. Tablet en laptop = ultrabook. GPS en kaart = TomTom. Tuincentrum + kledingwinkel = zie mijn vorige blogpost.

Maar waarom worden deze innovaties dan als speciaal ervaren? De definitie van Fredrik in formule vorm: Idee = P(K+I) waar P staat voor people K voor kennis en I voor informatie. Alle drie ruimschoots voorhanden voor iedereen op deze wereld. Het gaat om de +. Die wordt bijna nooit gemaakt. Waarom zijn er al jaren auto’s en draadloos internet en is er pas dit jaar een auto met draadloos internet? Omdat de + nooit is gemaakt.

Het gaat dus niet om copyright maar om copy right. Copy it right. Het maken van de plus. De rest is al beschikbaar en ligt te wachten om te worden gebruikt.

Kleur

Eindelijk mooi weer! Tijd om het onkruid in de border na 3 jaar eens te vervangen door kruiden waar wel voor betaald moet worden. Dus op naar het tuincentrum.

Daar staan ze, 6 lange rijen borderplanten. Zorgvuldig zoeken we een mooi palet bij elkaar. We houden rekening met bloeiperiode, hoogte, vorm en tenslotte kleur. En dat is niet makkelijk als het tuincentrum ze indeelt per kleur.

Waarom eigenlijk per kleur? Best wel waardeloos voor de easy shopping tuinman… Waarom niet een aantal voorbeeldgroepjes bij elkaar zetten? Doet een kledingwinkel tenslotte ook.